Nalatenschappen bevatten soms ook het huis waarin de overledene (erflater) woonde. Meestal is dat geen enkel probleem en kan het eenvoudig in de afwikkeling worden meegenomen. Soms zitten er wel haken en ogen aan, bijvoorbeeld als de erflater een deel van het huis heeft verhuurd aan een persoon waarmee hij of zij een relatie had. Kunnen de erfgenamen in dat geval de huur opzeggen?
Over die vraag mocht de rechter in Rotterdam zich twee maanden geleden uitspreken. In de voorliggende zaak hadden de erfgenamen de huur opgezegd. Volgens de huurder was die opzegging ongeldig. De rechter concludeerde dat er sprake was van een geldige huurovereenkomst van hospitaverhuur. Bij hospitaverhuur gelden speciale opzeggingsgronden. Een daarvan is dat de verhuurder aannemelijk moet maken dat zijn belangen bij beëindiging van de huur zwaarder wegen dan de belangen van de huurder. Daarvoor moet onder meer worden voldaan aan de voorwaarde dat de verhuurder in de woning zijn hoofdverblijf heeft. De erfgenamen treden in dit geval in zijn plaats, waarmee ook zij dezelfde opzeggingsgrond kunnen inroepen. Het feit dat de erflater door zijn overlijden niet langer in de woning woont leidt er niet toe dat daarmee ook de bevoegdheid van de erfgenamen om een beroep te doen op opzeggingsgrond niet meer zou gelden. Dat is alleen anders als de erfgenamen de huurovereenkomst willen voortzetten, hetgeen in dit geval niet zo was.
De rechter oordeelde dan ook dat het belang van de erfgenamen bij beëindiging van de huurovereenkomst zwaarder weegt dan het belang van de huurder bij voortzetting daarvan. Zo kunnen met de huuropbrengst de maandelijkse lasten bij lange na niet worden betaald. Ook de gemeente geeft geen vergunning om meerdere kamers in de woning te verhuren. Dat heeft allemaal negatieve invloed op de verkoopwaarde van de woning in verhuurde staat. Van de erfgenamen kan onder deze omstandigheden niet worden verwacht dat zij de huur laten voortbestaan. De huurder had opzegging van de huur kunnen voorkomen door bij leven van de erflater de afspraak te maken dat hem geen beroep zou toekomen op de opzeggingsgrond.
De rechter heeft uiteindelijk geoordeeld dat de huurder binnen zes maanden moet verlaten.
Wilt u meer weten over het afwikkelen van een nalatenschap met daarin onroerend goed? Bel ons voor het maken van een afspraak.